Sloop van de Hippolytuskerk, voorportaal zonder deuren en ramen, 12 mei 1974, foto Jan van der Heijden (TMS 110577)
Sloopbestek
Enigszins verstopt in de inventaris van het archief van de St.-Hippolytusparochie zit een map met gevoelige materie. Het dossier gaat over de locatie Voorstraat oostzijde: Stukken betreffende de sloop van het kerkgebouw, 1973-1974. Hierin bevindt zich onder meer het sloopbestek van de Hippolytuskerk.
De kogel is al in 1971 door de kerk. De katholieke kerk in Delft moet bezuinigen en kiest onder luid protest voor het afstoten van het door Pierre Cuypers ontworpen gebouw aan de Voorstraat. Parochianen houden een openluchtmis voor behoud van de kerk, maar weten het besluit niet tegen te houden. Het chagrijn neemt toe als de kerk daarna twee jaar lang leeg staat en er geen koper komt opdagen. In 1973 toont de gemeente interesse, maar eist deze wel dat de locatie kaal wordt opgeleverd. Het moet duidelijk zijn dat het kerkbestuur zélf de beslissing tot sloop neemt.
In het najaar van 1973 is het sloopbestek gereed. De omschrijving van de werkzaamheden is overduidelijk: ‘Slopen tot maaiveldhoogte: de kerk, de toren, de sacristie, de doopkapel en de doopkamergang tussen kerk en pastorie.’ Het terrein moet worden opgeleverd als een geëgaliseerde zandvlakte. De kerk is nog niet ontmanteld. Het sloopbedrijf moet roerende goederen intact laten: de Angelusklok, het natuurstenen wijwatervat, de plavuizen – die laatste overigens alleen als ze herbruikbaar zijn. Voorwerpen als de credenstafel, de preekstoel, lampen, reliëfs en het marmeren altaarblad zal het kerkbestuur tijdig verwijderen. Mocht het sloopbedrijf nog iets van ‘oudheidkundige waarde’ tegenkomen, dan moet dit bij het kerkbestuur afgegeven worden.
Zelfs na de sloop houdt de kerk de gemoederen bezig. Krantenlezers vragen zich af waarom de inventaris ‘tegen weggeefprijzen’ van de hand gaat of zelfs weggegooid wordt. Van de veertien kruiswegstaties van kunstenaar Herman Veldhuis kunnen er acht gered worden. Stichting Kerkelijk Erfgoed Delft neemt later het initiatief om deze te laten restaureren. Maar tot op de dag van vandaag tasten oud-parochianen in het duister over bijvoorbeeld de preekstoel en koperen verlichtingsarmaturen. Volgens de archiefbronnen moet er goed voor worden gezorgd. Het lijkt erop dat dat niet helemaal is uitgekomen.