Lutherse hulp van buiten – Stadsarchief Delft
De lutherse kerk aan de Verwersdijk, hoek Van der Mastenstraat, 18e eeuw (TMS 5689)

De lutherse kerk aan de Verwersdijk, hoek Van der Mastenstraat, 18e eeuw (TMS 5689)

29 november 2023:

Lutherse hulp van buiten

De ‘lutherie’ is omstreeks 1520 de eerste protestantse stroming die in Delft de kop op steekt. De aanhangers van de Duitse kerkhervormer Maarten Luther worden door de katholieke overheid vervolgd als ketters en verdwijnen binnen twintig jaar vrijwel volledig uit beeld. Het stokje wordt overgenomen door de nog veel feller bestreden wederdopers. Uiteindelijk slagen de calvinisten er in 1572 in om de hegemonie van de katholieke kerk te doorbreken. Zowel de luthersen als de doopsgezinden krijgen onder het nieuwe bewind een legale status. Anders dan de katholieken hoeven zij dus niet hun toevlucht te zoeken in schuilkerken.

De doopsgezinden hebben in Delft niet veel aanhang en bovendien zijn zij onderling sterk verdeeld. De luthersen zijn weliswaar talrijker, maar zij hebben toch veel moeite om een levensvatbare gemeente te vormen. In 1595 komt er af en toe een predikant uit Leiden om hier voor te gaan. Pas in 1611 kan de Delftse gemeente samen met die van Den Haag een eigen predikant aanstellen. Zeven jaar later kopen de luthersen een huis aan de Verwersdijk voor hun samenkomsten. Daar is wel veel hulp van buiten voor nodig: in het Stadsarchief berusten drie registers met de namen van schenkers uit landen als Denemarken, Duitsland en Zweden.

Het gaat de gemeente behoorlijk voor de wind, want in 1643 moet een buurhuis worden aangekocht omdat de kerk te klein is. Lang kunnen de luthersen er niet van genieten: hun pand wordt volledig verwoest door de kruithuisramp van 1654. De schadevergoeding van de Staten van Holland stelt hen in staat op de hoek van de Van der Mastenstraat een nieuwe kerk te bouwen. Die blijft in gebruik tot het stadsbestuur in 1764 de kapel van het Sint-Jorisgasthuis aan de gemeente schenkt. Er volgt een grondige verbouwing en stadsfabriek Nicolaas Terburgh ontwerpt een nieuwe voorgevel. Weer moet een beroep worden gedaan op hulp van buiten om het benodigde geld bijeen te brengen. Maar uit het kasboek in het archief blijkt dat men niet meer zo ver hoeft te zoeken naar kapitaalkrachtige geloofsgenoten: die worden nu gevonden in Gouda, Amsterdam, Zaandam en Alkmaar.

Inloggen