Adhesiebetuigingen aan Stichting Delfesta dat de Taptoe moet blijven (Archief 130, inv.nr 137)
Een ‘onvaderlands’ besluit
Taptoe Delft ligt in de jaren zestig en zeventig vaak onder vuur. Jongeren en voornamelijk linkse politici willen van het militaire muziekevenement af. In 1974 lukt dat, maar niet tot ieders tevredenheid.
In een ingezonden brief in De Telegraaf uit de heer J.J. Kroes uit Hoevelaken zijn ongenoegen over het ‘dictatoriale besluit’ van de gemeenteraad. Hij roept medestanders op een reactie aan de organisatie te sturen, en met succes. Comité Taptoe van Stichting Delfesta ontvangt steunbetuigingen uit het hele land.
Er zijn korte en bondige reacties bij. ‘Ook wij vinden het jammer!’, schrijft een inwoner van Katwijk aan Zee. Vanuit het chique Aerdenhout komt een ansichtkaart met de duidelijke boodschap: ‘TAPTOE MOET BLIJVEN!’ Een briefschrijver uit Oisterwijk betreurt het ‘onvaderlandse besluit’.
Meer inzendingen refereren aan een breder levende onvrede over de tijdgeest. Een schrijver uit Bilthoven haalt uit naar de linkse politici. Hij hoopt maar dat de door hen zo bewonderde Russen hier nooit de baas worden, want dan ‘zien ze dag en nacht militairen, en maar marcheren in de ganzepas’. Een oud-reservekapitein uit Middelburg is het er ook niet mee eens, hoewel hij de Taptoe al jaren niet meer bezoekt. Daar was hij mee gestopt toen ‘er militairen met lange haren en, erger nog, burgers aan dit evenement gingen meedoen’.
Woedend, maar creatief, is een echtpaar uit Zeist. Zij stellen voor het gemeentebestuur een week op te sluiten en dan met ‘een enorme geluidsinstallatie een plaat van de Taptoe Delft te laten draaien net zo lang totdat zij toestemmen om de Taptoe te handhaven’. Tot die tijd is het voor hen duidelijk: ‘Mijn vrouw en ik zullen Delft mijden en verafschuwen.’ In 1996 hervat Delft de traditie van de Taptoe, maar dan met burgermuziekkorpsen. Of het echtpaar uit Zeist dan wel terugkeert, is niet bekend.